Op maandagochtend ging de wekker om half 7. We ontbeten en vertrokken om half 8 naar Split. We hadden wat onderdelen nodig voor de bus, dus gingen we eerst op zoek naar een automaterialenhandel. De eerste was meer voor bedrijven, dus werden we doorgestuurd naar een ander. Daarvoor moesten we door de achterbuurt van Split over hele kleine weggetjes rijden. Uiteindelijk vonden we de andere winkel. Hier hadden ze niet alles, maar kon Jelte wel iets meenemen. Daarna reden we naar de Bauhaus (ja, die hebben ze hier weer!) voor wat kleine dingetjes. We raceten de winkel door en stonden binnen no-time weer buiten. Daarna reden we naar de Decathlon, want één van onze stoelen had het begeven en de ander was ook al aan het inzakken (klein achtergrondverhaal: de stoeltjes waren nog van Jelte’s beppe geweest, dus zo’n 40 jaar oud!). We vonden een paar campingstoeltjes, reden nog naar de Lidl (jeej! Na anderhalve maand weer een Lidl) voor de laatste boodschappen. Daarna stonden we in de file naar het vliegveld. Toen we daar geparkeerd hadden zagen we net Marten’s vliegtuig landen, wat een timing! Na eventjes wachten vonden we elkaar in de aankomsthal. We hadden Marten al sinds kerst niet gezien, dus leuk om zo elkaar weer te kunnen ontmoeten!
Nadat we een broodje hadden gegeten gingen we op zoek naar een slaapplek. Jelte had een 4×4 plek gevonden op Park4night. Eerst reden we verkeerd, maar daarna zaten we op de goede weg. Die weg was behoorlijk pittig en Marten kreeg gelijk zijn vuurdoop in de bus. We werden goed door elkaar heen geschud, maar kwamen uiteindelijk op het goede plekje uit. We stonden bij een kleine baai aan de zee. Hier lagen veel boten, maar was het verder rustig. We kleden ons om en doken lekker de zee in. We hebben gesnorkeld en in de zon gelegen en ’s avonds wilden we een vuurtje maken. Dit werd ons echter afgeraden door één van de bootmensen, omdat het tot en met oktober niet zou mogen en de politie zou komen. We hebben toen het vuur weer uitgemaakt en bij de bus gegeten. ’s Avonds konden we nog lang buiten zitten en naar de sterren kijken.
De volgende morgen hebben we eerst ontbeten en daarna lekker gezwommen. Marten had zijn GoPro mee, dus konden we mooie filmpjes maken onder water terwijl we aan het snorkelen waren. We hebben nog wat gegeten, hebben ons kamp weer afgebroken en zijn landinwaarts gereden, richting Bosnië. We stopten bij een mooie plek aan een stuwmeer. Als je er diep genoeg duikt, kom je een dorp tegen op de bodem van het meer. De mannen hebben nog even een duik genomen en daarna hebben we samen gegeten. ’s Avonds was er een feest van de mensen uit het dorp. Ze zouden eerst achter ons gaan staan, maar hebben het verplaatst naar iets verderop. Heel fijn dat ze rekening met ons wilden houden! Ze hebben ons nog uitgenodigd om te komen, maar we hebben lekker een (hele slechte) film gekeken op onze buiten bioscoop.
’s Morgens hebben we rustig aan alles opgeruimd. Lydia had een skypeafspraak (ze gaat blogs schrijven voor Zijlacht die jullie vanaf september kunnen lezen op www.zijlacht.nl), dus dat kon ze ook nog mooi doen nu we nog internet binnen de EU hadden. Daarna zijn we vertrokken naar Bosnië. De grenscontrole ging nu heel makkelijk. Er stond geen rij en ze deden niet moeilijk over de groene kaart. Na een uurtje rijden kwamen we bij de Kravica watervallen. We wisten dat dit wel toeristisch zou zijn, maar het was drukker dan we hadden verwacht. We moesten eerst entree betalen en daarna naar beneden lopen. De watervallen zelf waren prachtig. Ze eindigden in een meertje waar je kon zwemmen in het ijskoude water. Het was er erg druk, dus één iemand bleef bij de tas terwijl de anderen gingen zwemmen. Langer dan 10 minuten in het water was ook echt niet mogelijk, zo koud! Wel heerlijk verkoelend na een hete bus. Na een tijdje hadden we het wel weer gezien en liepen we weer naar boven langs de hordes toeristen (waarvan er verassend veel met een boerka liepen). Bij de ingang konden we nog een sticker scoren, die we gelijk op de bus hebben geplakt. Daarna zijn we een klein stukje verder gereden naar een andere kleine waterval. We hebben eerst nog een duik genomen, want we waren alweer erg warm geworden. Daarna hebben we de bus op een grasveldje gezet met uitzicht over de watervallen. We moesten ons al snel insmeren met deet, want de muggen waren erg actief. ’s Avonds hebben we dan ook in de bus gezeten, gitaar gespeeld, muziek geluisterd en spelletjes gespeeld.

Op donderdagochtend hebben we als eerste een duik genomen bij de watervallen. Er was nog niemand, heerlijk! Na deze opfrissing hebben we ontbeten en ingepakt. Daarna zijn we naar Blagaj gereden. Hier kwamen we erachter dat het ook hier best wel toeristisch was. Nadat we de bus hadden geparkeerd, zijn we langs tientallen souvenirkraampjes naar het punt gelopen waar we heen wilden. Dit is een klein dorpje aan de rand van een berg. Er ontspringt een rivier in de berg en die stroomt door heel het dorpje heen met kleine watervallen. Om in het huis aan het einde te komen, moest je betalen. Euh, mooi niet! Wij zijn naar de andere kant van de rivier gelopen en konden vanuit daar alles goed zien. Na een kwartiertje hadden we het wel weer gezien en zijn we weer naar de bus gelopen, hebben we gegeten en ons water bijgevuld. Hierna zijn we weer onderweg gegaan naar de bergen. We reden naar een plekje waar wij al eerder hadden gestaan. Aan een riviertje en met uitzicht op de bergen. Het was nog 2 uur rijden, maar de weg werd steeds mooier. Toen we bij het plekje aankwamen, hebben Jelte en Marten als echte Hiemstra’s een dam gebouwd in de rivier en daarna hebben we nog een kampvuur gemaakt en worstjes en marshmallows gebraden. Het kampvuur ‘ontplofte’ een paar keer doordat we er per ongeluk een bot in hadden gegooid en er was één keer een moment waarop we dachten dat er een groot dier uit de bosjes zou stappen, maar gelukkig viel het mee.

’s Morgens gingen we op weg naar Sarajevo, de hoofdstad van Bosnië. We reden eerst nog een stuk door het natuurgebied en klommen naar een monument toe. De bus stond geparkeerd en had vele fans die keken naar de stickers op de bus. Daarna zijn we verder gereden, maar werden we niet veel later aangehouden door de politie. We hadden onze lichten niet aan, wat blijkbaar wel verplicht is in Bosnië en daarom kreeg ‘Mister Piet’, zoals de politieman hem heel blij noemde, een souvenir: een boete van €15,-. We hebben hem gelijk betaald en zijn verder gereden (met de lichten aan dit keer) naar Sarajevo. Daar aangekomen was het even een zoektocht naar een parkeerplaats die ons wilde aannemen. Er wordt veel ingebroken in campers, waardoor veel parkeerwachters campers op de parkeerplaats weigeren. Uiteindelijk vonden we er wel eentje, deden we de bus goed op slot en liepen we naar het centrum. In Sarajevo zie je nog goed de overblijfselen van de oorlog. Er zijn veel kapotte gebouwen en gebouwen met kogelgaten erin, maar daarnaast proberen ze wel heel modern te zijn. We hebben een rondje gelopen door de stad, waar een filmfestival aan de gang was. We zijn op een markt voor groente en fruit geweest, op een markt voor vlees en kaas en we hebben een kerk bezocht. Daarna hadden we het eigenlijk wel weer gezien. We hebben een restaurantje opgezocht, waar Marten ons heeft getrakteerd op hamburgers, jam! Nadat we vol zaten, liepen we langs de McDonald’s waar Jelte en Marten nog een ijsje aten en Lydia kon zien hoe de operatie van haar moeder was verlopen (goed, dus daar zijn we heel blij mee!). Toen we terug liepen naar de bus kwamen er grote, dikke druppels uit de lucht. Nadat we nog even geld hadden opgenomen bij de bank, kwamen we bij de bus. Toen Jelte wilde betalen voor de parkeerplaats wilden ze het briefje van 50 niet aannemen, omdat hij vies was. Dus Jelte weer terug naar de bank om het geld te wisselen en toen mochten we er gelukkig wel uit. Wel jammer dat de slagboom dicht ging voordat we er helemaal uit waren. Al met al een hele ervaring rijker in Sarajevo. We reden de stad uit, op zoek naar een plekje om te overnachten. Op Park4night waren er bijna geen plekjes in de omgeving, dus hebben we zelf een plek gevonden ergens langs de weg in een weiland. We hebben de tent opgezet, een film gekeken en konden lekker slapen.
De volgende dag was het alweer zaterdag. We reden in een uurtje naar Srebrenica. Deze naam komt je/u vast wel ergens bekend voor. Bosnië heeft een burgeroorlog gehad die van 1992 tot 1995 duurde. Het begon doordat Bosnië voor onafhankelijkheid stemde, ze wilden uit de Joegoslavische republiek. Toen brak de burgeroorlog uit en vochten de Servische mensen tegen de Bosniërs. Srebrenica was een veilige zone waar mensen naartoe konden. Het werd beveiligd door een Nederlands team van de Verenigde Naties. Helaas was de beveiliging niet ‘je van het’ en zijn de Servische troepen daarheen gegaan, hebben ze alle mannen in de omgeving die boven de 16 waren van de vrouwen gescheiden en afgeslacht. Bij deze genocide op 11 juli 1995 vonden meer dan 8000 mannen de dood. Er is een enorm terrein waar alle mannen begraven liggen. Heel indrukwekkend om hun namen te lezen en alle witte stenen te zien. Daarna zijn we naar de overkant van de weg gelopen, waar een enorm vervallen fabrieksterrein was. We liepen eerst naar een grote loods waar ze, daar kwamen we later achter, toen der tijd alle kisten hadden opgesteld met de lichamen van de mensen die overleden waren bij de genocide. Daarna liepen we naar een andere loods waar een tentoonstelling was over de oorlog en de genocide. In deze loods waren toen de Nederlanders gestationeerd. Er stonden nog verschillende Nederlandse teksten op de muur, heel apart. De tentoonstelling was heel indrukwekkend. Er waren voornamelijk (kleuren) foto’s, wat een enorme impact had op ons. Het leek wel of de foto’s gisteren waren gemaakt. Ook waren er achtergrondverhalen over de mannen die waren overleden. Al met al heftig om daar te zijn.
Nog een beetje aangeslagen van onze ervaringen in Srebrenica gingen we op weg richting Banja Luka, waar Marten op maandag weer vandaan zou vliegen. We deden nog even boodschappen en moesten toen weer op zoek naar een nieuw plekje om te slapen. Er waren nog steeds weinig plekken op Park4night, dus hebben we zelf een plekje gevonden op een berg. Het was een pittige weg naar boven, maar zeker de moeite waard. Het was er lekker rustig, afgezien van een aantal mannen die gingen paragliden. We konden mooi parkeren met uitzicht over het dal en de heuvels verderop. Voor de tent moesten er wel nog wat stenen weggehaald worden, maar verder was het een topplekje! Lydia heeft lasagne gemaakt en we hebben spelletjes gedaan. ’s Avonds en ’s nachts heeft het geregend en geonweerd. Zo koelde het lekker af.
Op zondagochtend heeft Lydia eerst de was gedaan. Daarna hebben we een toespraak geluisterd via Spotify en daarna hebben we alles ingepakt en zijn we nog verder naar Banja Luka gereden. Het was dit keer een beste uitdaging om een plekje te vinden aangezien er veel bebouwing of bebossing was. We vonden wel een klein plekje, direct aan de drukke weg. We hebben daar maar genoegen mee genomen, Lydia heeft wat afval opgeraapt en nadat Jelte de luifel had opgezet konden we toch nog lekker zitten. Het was heet en er stond geen zuchtje wind. Het was dus niet zo gek dat het weer ontplofte ’s avonds. We hadden net gegeten, de tent opgezet en Lydia nog even gedoucht toen het hard ging waaien, regenen en onweren. We trokken ons terug in de bus en keken nog een film. Daarna zijn we gaan slapen, wat met oordoppen nog redelijk ging.
De volgende morgen hebben we wat langer geslapen dan normaal en daarna zijn we rustig gaan opruimen. Er kwam nog een jongen langs op een ligfiets, die even in zijn vakantie 3000 km fietste (en dan ook 100-200km per dag!). Hij had een hele fancy fiets, wat voor Marten sowieso wel leuk was, want die ontwerpt fietsen in het dagelijkse leven. Daarna hebben we alles verder opgeruimd, maar toen we klaar waren om weg te gaan, zag Jelte dat één van de steunen van de uitlaat was gebroken. Dit is wel vaker gebeurd, maar goed dat hij het zag! Hij heeft het in 20 minuten gefixt en daarna zijn we naar het vliegveld gereden. Het was 1 uur toen we er aankwamen, ruim op tijd voor Marten’s vlucht. Het vliegveld zelf had de kleinste vertrekhal die we ooit hadden gezien met maar één ruimte voor het inchecken, het boarden en de douane. We moesten dus wachten tot een uur voor vertrek. We zijn terug naar de bus gelopen, hebben wat gegeten, nog meer gewacht op het vliegveld en toen kon Marten de douane door. We hebben een mooie tijd gehad samen!
Wat gezellig, zo samen met Marten!
En heel indrukwekkend … zo’n recent oorlogsverleden …
Wij waren deze week last-minute in Tirol.
Hebben, met als inspiratiebron jullie fantastische berg-verhalen, tientallen kilometers gewandeld op grote hoogte, door smalle kloven met watervallen geklauterd en prachtige bergweggetjes gereden! Ik zou dit ook wel langer dan onze vakantieweek willen doen … 🥰
Groetjes!
Reuze gezellig en indrukwekkend!
Over dat reizen.. gewoon gaan!! 🙂
Prachtige ervaringen weer, ook mooi dat Marten erbij kon zijn!